Ik kijk naar een film, licht laag voor de sfeer. Op zeker moment dacht ik een schim te zien vanuit mijn ooghoek waarop ik onderzoekend naar de vloer staar. Uit de keuken komt een vaag krassend geluid en als ik opsta om te kijken zie ik nog net hoe een klein dier zich aan zijn voor pootjes ophijst en zijn achterpootjes als een razende over de plint onder de koelkast krassen en plots, plop, weg is hij.
Hij is er weer dacht ik gelijk, leuk.
Elke winter, of beter herfst, komt er een muis overwinteren. Altijd is het er maar één. Het is niet al die tijd de zelfde muis geweest, in het begin was het een veldmuis en in later jaren een spitsmuis. Erg leuk om te zien en ook leuk om gezelschap te hebben…als het er maar bij één blijft! Spitsen en veldjes zijn rustig, rennen niet en zijn zeer huiselijk. Regelmatig zat zo een rakker zijn snor te poetsen op het kleed voor de houtkachel en, leek het, zat daarna wegdromend naar de vlammen te staren. Regelmatig dat ik over de uk heen moest stappen want meneer, of mevrouw, dat kan ook natuurlijk, vertikte het om zijn met lompe lijf van wel vijf centimeter groot zich te verplaatsen.
Knus toch? Stuur dat nou eens weg; lukt mij niet.
Dit jaar hoorde ik dat ik wederom bezoek had. Eerst wat gestamp op het gipsplafond maar later toch ook wat geknaag. Uiteraard heb ik toen even overal gekeken om evt. voedsel achter slot en grendel te plaatsen.
Het bleek een ‘gewone' huismuis te zijn dit keer. Huismuizen lopen sneller en zijn erg schuw in vergelijk met de spitsmuis en zo. Met pootjes van een anderhalve centimeter loopt zo’n pluis muis toch echt harder dan ik met mijn benen van negentig centimeter zodat het muis vangen niet gaat lukken op een ‘vriendelijke' manier. Op het WWW naar een val gezocht, geen Dorus muizenval en ook geen die dicht klapt waarbij de muis zijn nek breekt. Das zielig …vind ik.
Ik heb er een gekocht, van plastic en een 25 centimeter lang met achterin een bakje waar je wat eten moet leggen. Daarvoor is een soort van bordes wat als je, de muis dus, er op gaat staan aan de voorzijde een valdeur naar beneden doet komen zodat muis wel te eten heeft maar niet weg kan komen.
Is de bedoeling…
De valdeur valt zo snel dat ik het gebeuren eigenlijk niet kan zien gebeuren, maar toch…muis is zo snel op zijn korte pootjes dat hij, of zij, eerder weer weg is dan de deur kan vallen. Werkelijk, ik heb bewondering voor dieje brak.
Enfin, de val zet je daarna elders in de hoop op een beter resultaat. Helaas.
Om aan voedsel te komen heeft die snelheidsduivel de planten ontdekt, Verdomme! Een bende dat hij die bewuste nacht ervan heeft gemaakt! Ik werd het zat. Hij niet.
Zit ik des avonds achter mijn PC en wie komt er rustig wandelend van achter het beeldscherm mijn toetsenbord op gelopen…?
Rechts naast het bord word even gepauzeerd om een restantje botersprits te verorberen dat ik niet had opgeruimd om dan door te lopen, werkelijk LOPEN, kuierend zeg maar, geheel zonder haast, naar het eind van mijn bureau zodat hij/zij met een sprongetje op de vensterbank komt alwaar twee planten staan…
Ik zit dan stil, beweeg niet, veel te leuk om te zien wat een lef die sprinter heeft. Maar toch…
De zak met plastic afval stond al klaar om de volgende dag aan de vuilophaaldienst mee te kunnen geven. Op de grond, in de keuken.
Tijdens een spelletje internet scrabble hoor ik dat er leven zit in die zak…ik sluip er heen en zie een muis naarstig zoekend, zo van: ’ Waar heb ik dat gat nou ook weer in die zak geknaagd’. Te laat, ik pak rap de zak, open de keukendeur en zet de zak buiten.
Ik ben blij en denk vrolijk: ‘Dat geknaag, daar ben ik van af’. Hoewel…, later, voel ik toch wat wroeging; Dat kleintje dat er ook niets aan kan doen dat ie muis is, zet ik zomaar buiten waar het deze nacht onder 0 is.
Ik ben een onmens, een laag-bij-de-gronds wezen dat een ander niets gunt. Een mispunt.
Ik zeg u eerlijk: ‘Dat knaagt.’