Zoutzuur

 

Ik had vandaag mijn vader aan de telefoon: "Er komt water langs de muur onder de dakgoot vandaan, zou de goot lek zijn of wellicht een dakpan stuk?"
"We gaan even kijken" beloofde ik, "over een uur ben ik bij je."
Na vijftig minuten was ik bezig om de twee trappen naar boven te beklimmen.

Op een krukje staand kon ik vanuit de kappeluifel in de goot kijken en zien dat er geen dakpan in lag die naar beneden gevallen was. Dan was wellicht de goot zelf lek dus even verder kijken. En warempel! Een soldeernaad los! Recht voor het raam.
Eigenlijk is dat niet mogelijk, want vijfentwintig jaren her heb ik die dakgoot persoonlijk gemaakt en gesoldeerd.

Slecht soldeer zeker.

"ja, een gasflesje met soldeerbout heb ik wel" sprak mijn Pa, "maar geen soldeer en ook geen zoutzuur, dat is op", was het antwoord op mijn vraag. Onderweg naar huis om soldeer en zoutzuur te halen moest ik aan mijn vroegere buurman denken en een soortgelijk geval.

We, hond en ik, woonden toen op de Rietdijk twee huizen verder dan Pleun Verweij en zijn vrouw, Maria. De vrouw van Pleun vond ik van het type schoonmoeder  maar dat ter zijde.
Pleun was al over de zeventig en lustte, zonder te overdrijven, op zijn tijd wel een biertje of een jonge klare. Als hij dan eens een pint pakte begon  zijn gelijk vrouw met de retorische vraag: ‘Ben je nu alweer aan 't bier?’ En als hij, voor het slapen gaan nog een jenevertje nam was het weer: ‘Drink eens wat minder, zuipschuit’.

Op een dag zat ik zonder zoutzuur om de oude dakgoot van mijn huis van oxide te ontdoen om er een nieuw stuk aan te kunnen solderen maar wist dat Pleun een fles in zijn kelder / werkplaats had, dus: Op weg naar Pleun!

Pleun was niet thuis, wel zijn vrouw die mij binnen liet om uit de kelder de fles zoutzuur te pakken. "Dat vind hij wel goed als het voor jou is" zei ze. Zo gezegd, zo gedaan.
Terug thuis, mijn loden zoutzuur potje gevuld met zoutzuur, de soldeerbout aan en even wachten tot de bout heet was.

Het viel mij op dat de zoutzuur niet 'rookte' en rook eens voorzichtig aan het potje en juist toen ik dacht: Dat is geen zoutzuur dat is..., werd er gebeld waarna ik Pleun onderaan de trap hoorde roepen en die op mijn "kom maar boven" naar boven kwam en ongerust, met een rood hoofd zei: "Je hebt toch niks tegen Marie gezegd?"

Ik ben eerst gaan lachen en daarna stelde ik hem gerust: "Nee Pleun, ik heb niks tegen Marie gezegd, ik merk het nu net pas.

De goot van vader is weer heel, gesoldeerd met zoutzuur en soldeer 40 / 60.
Ik heb geen Marie, ik hoef mijn jenever niet te bewaren in een fles met opschrift:  "Zoutzuur"

Reactie plaatsen

Reacties

Albert
9 jaar geleden

Vreemd verhaal..... Maar waar deed dit zich voor?
Rotterdam?
Ik ben naam genoot Pleun Verweij geboren in Rotterdam.
Graag meer info.
Grt.
Uit Las Vegas